De twaalfjarige Jackie is kind aan huis in het Rijksmuseum, omdat haar moeder er werkzaam is. Na sluitingstijd dwaalt Jackie er maar al te graag rond. Wanneer de beroemde Rembrandt-schilderijen van Marten Soolmans en Oopjen Coppit worden tentoongesteld, gebeurt er iets wonderlijks en breekt er paniek uit in het museum.